Nu woont U ook in ‘de marginale driehoek’

Na de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 2018 kwam de Denderstreek veelvuldig in het nieuws. Wij waren de marginale driehoek waar Forza Ninove en het Vlaams Belang hoog scoorden. Op zondag 26 mei 2019 was dat ook zo. In de meeste steden van de Denderstreek (Aalst, Ninove, Denderleeuw, Geraardsbergen) kunnen N-VA en het Vlaams Belang samen een meerderheid maken bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen. Er is wel een kleinigheid veranderd: ondertussen wonen de meeste Vlamingen in een ‘marginale driehoek’. Weest wel gekomen, zou ik zeggen.

In een artikel voor vzw ’t Uilekot probeerde ik na de gemeenteraadsverkiezingen te duiden waar naar mijn idee de knoop zat/zit:  de vrees voor mensen uit andere culturen zit als het ware in het DNA van de Vlamingen gebakken en het politiek resultaat wordt aangewakkerd door een soort van gele-hesjes-gevoel. Mensen voelen zich (terecht) in de steek gelaten en zien af door spectaculair toenemende armoede, afbouw van openbare diensten, knoeiende politici. Een kapot bezuinigd, kwakkelend en lauw middenveld biedt weinig weerstand. 

De relatie tussen armoede, het gevoel opgegeven te zijn en extreemrechts stemgedrag wordt nu ook in traditionele media aangehaald en uit onderzoeken blijkt dat onder meer laag opgeleide jongeren massaal Vlaams Belang stemmen. Dit stelden Marc Swyngedouw en anderen al in 2014.

Links profiel?

Het VB speelde mooi in op de sociaaleconomische onzekerheid die veel mensen treft. Logisch, het publiek dat mogelijk voor het VB stemt, overtuig je niet met de rechtse draconische economische maatregelen (afschaffen werkloosheidsvergoeding, verbieden vakbonden, vingerafdrukken voor werklozen) uit het oude Vlaams Blok programma. En ook: dat terrein is ondertussen bezet door de N-VA, je kan dus beter een andere stelling gaan zoeken als je wil scoren. Ik verbaas er mij nog dagelijks over hoe makkelijk journalisten de zogezegde linkse draai van het VB overnemen.

Tijd om een imago  even te checken met de realiteit hebben die mensen blijkbaar niet meer. Men probeert via enquêtes te ontdekken wat de lezer wil en zet daar op in. Ik ging voor een tekstje rond het economisch profiel van het VB even in het programma kijken naar wat zij nu vertellen over pensioenen en verloor snel elke illusie op dat vlak. Het VB belooft €1500 pensioen aan iedereen op basis van een fulltime carrière van 40 jaar. Ongewilde werkloosheid, ziektedagen en stakingsdagen tellen niet meer mee. Niemand in de pers had het daarover.

Pers en media

Dit brengt ons naadloos bij de rol van pers en media bij verkiezingen. In zijn boek ‘Nieuw Rechts’ beschrijft Ico Maly hoe radicaal rechts zich internationaal organiseert via websites als 4chan waar men afspraken maakt, mensen bedreigt en internationale cartoons of filmpjes maakt die wereldwijd aangepast en verspreid worden.

Het VB zet stevig in op sociale media en spendeerde volgens Het Laatste Nieuws minstens 380.000 € aan advertenties. PVDA lanceerde 2 filmpjes, de SP.a 1. Moeten linkse partijen zich deze manier van campagne voeren eigen maken? Allicht wel, al zijn er andere manieren (volkshuizen, mutualiteiten, buurthuizen) om nabijheid te creëren. De vroegere SP-parlementair Jef Sleeckx ging er destijds prat op bij de verkiezingen niet veel meer te moeten verrichten: “Ik sta vier jaar tussen de mensen, dan komt het op de laatste weken niet meer aan.”

Radicaal Sociaal.

Wie zich radicaal sociaal uit, daar consequent in is en zich niet presenteert als een eeuwige compromissenpartij, biedt makkelijker weerstand tegen de rechtse golf of gaat vooruit, leren ons ook deze verkiezingen. Radicaal rechts verwierf veel stemmen met een zogezegd links programma, de link tussen armoede en stemgedrag is duidelijk én de algemene ontevredenheid ook. Over deze sociale aspecten wordt vrij veel gepubliceerd. Op een maatschappelijke draai rekenen vanuit de ex-regeringspartijen, moeten we niet doen. Christophe Callewaert beschrijft in De Wereld Morgen (https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2019/06/10/rechtse-beleid-werd-afgestraft-leve-het-rechtse-beleid-zeggen-de-media) hoe zij samen met hun bondgenoten aandringen op een nog radicalere inleveringspolitiek.  

Basisbewegingen.

Hoe je het ook draait of keert: politiek links is grotendeels afwezig in de basisbewegingen, op de werk- of buurtvloer en in de sociale media. De uitzondering op de regel is de PVDA, die via enquêtes, lokale groepen en dokterspraktijken een sterke band onderhoud met de bevolking én daar ook de vruchten van plukt. De PVDA richt zich hierbij rechtstreeks tot de bevolking en minder tot de actiegroepen. Dat laatste doen GROEN en SP.a overigens ook zelden. Terwijl die partijen tien jaar geleden wél actief waren in allerhande comités en actiegroepen, zijn ze daar nu grotendeels verdwenen. Deze lossere band verzwakt progressieven in het algemeen. Terwijl er in onze streek tien tot twintig jaar geleden een bijna permanente dialoog was tussen progressieve partijen en vb. het Denderaktiekomitee (actiegroep rond de zuivering van de Dender) of het Aktiekomitee N42, bestaat deze momenteel nog nauwelijks. Ik vertrek vanuit het idee dat je eerst een sterke pluralistische basisbeweging moet hebben, die nadien tot politieke vertolking leidt. Partijen worden evenwel méér en méér terug geworpen op zichzelf en zijn vooral bezig met de eigen navelbuik in plaats van met het versterken van de politieke ruimte waaruit ze hun medestanders kunnen halen. Als het linkse gedachtengoed moet vooruitgang, dan zal ook de PVDA daarin zijn koers moeten wijzigen door niet alleen tussen de mensen maar ook tussen de bewegingen te staan. Door ze zelf op te zoeken, ze van informatie te voorzien en ze te betrekken bij het parlementaire werk van de partij.  Als pluralistisch links sterk staat, dan legt het een vruchtbare bodem voor linkse stemmen.

Sociale bewegingen.

Ook de sociale bewegingen mogen zich gerust heroriënteren na deze verkiezingsuitslag. Ze verloren zelf aan radicaliteit en missen dikwijls een link met de basis. Op de Climaxi-website schreef ik daarover een artikel dat door nogal wat mensen bijgetreden werd.

Sociale bewegingen gedragen zichzelf soms als een soort van culturele elite die boven de gewone mensen staat en aan niemand verantwoording verschuldigd is. Velen gedragen zich als een onderaannemer van het beleid zelf. Ze hanteren een onbereikbaar jargon en interpreteren politiek als lobbywerk. Gelukkig zijn er uitzonderingen die geduldig werken aan het verenigen van mensen in een beweging die zich vragen stelt over de economische onderbouw van onze maatschappij. Anderen gaan bij politici op de bedelstoel zitten maar verwaarlozen de kracht van onderuit.

Toen begin deze eeuw de Sociale Fora georganiseerd werden in o.m. Porto Alegre stond ik versteld van de sociale bewegingen in Zuid-Amerika. Vele leden ervan waren ook politiek actief. In West-Europa overheerst de neutraliteit als een soort verkeerd gekozen strategie die onvermijdelijk leidt tot depolitisering in de verkeerde zin van het woord. We moeten kritisch staan tegenover politieke partijen, maar dit betekent nog niet dat we van politiek op zich moeten wegblijven, integendeel. Ik pleit graag voor méér betrokkenheid en politiek engagement. Pluralisme is geen politieke neutraliteit.  Toen ik coördinator was van de Z.O.-Vlaamse vzw ’t Uilekot, was ik er fier op dat ongeveer 20 % van onze leden meedeed aan lokale verkiezingen. Dat is een sterkte die verder gaat dan de eeuwige politieke neutraliteit.  

Als politieke partijen zich baseren op de basisbewegingen, dan zijn er ook radicale basisbewegingen nodig die ongegeneerd hun mening verkondigen. Toen Vera Dua minister was voor GROEN (was het toen nog met een uitroepingsteken?) besefte ze dit ten volle en respecteerde ze bijvoorbeeld het Denderaktiekomitee toen die voor haar deur kwamen betogen. Acties maken mijn beleidskeuzes bespreekbaar in de politiek, redeneerde zij.

Partijfinanciering.

Politieke partijen worden in hun navelbuikstaren straf geholpen door de manier waarop partijfinanciering in België georganiseerd is. Ik heb er geen enkel bezwaar tegen dat de overheid bijspringt in de vorming van politieke stromingen en het stimuleren van politieke discussie. Laten we ook niet vergeten dat de subsidiëring door de overheid van politieke partijen gepaard ging met het sterk beperken van de financiering ervan door het bedrijfsleven, een stap vooruit. Die bedrijfsfinanciering leidde in het verleden tot heel wat corrupte toestanden: partijen lieten zich betalen door bedrijven om dan uitgerekend hun standpunten op het politieke vlak te verkondigen. De manier waarop politieke partijen gefinancierd worden en de grootte van het bedrag stemt evenwel tot nadenken. Volgens een studie van de KUL krijgen de politieke partijen in België jaarlijks ongeveer 70 miljoen toegeschoven. Die wordt grotendeels besteed aan personeel en verkiezingscampagnes. Die subsidies richting geven door activiteiten te stimuleren in plaats van verkozenen en ze niet meer afhankelijk te maken van het aantal verkozenen, zou reeds een ferme stap vooruit zijn: financier partijen zoals socio-culturele verenigingen en keer politici een werkloosheidsvergoeding uit in plaats van een afscheidspremie. Samenwerking financieren zou een andere optie kunnen zijn.

Ook hier dragen die partijen zelf een stukje verantwoordelijkheid voor het eigen débacle. Als men radicaal rechts in Vlaanderen politiek wil bestrijden, dan moeten er centen vrij gemaakt worden voor mensen die zich professioneel bezig houden met de studie van deze bewegingen. De vzw Halt volgde met onder meer Hugo Gijsels jarenlang het Vlaams Blok op en werd daarin opgevolgd door Marc Spruyt die jarenlang zelf de energie opbracht om rond het onderwerp te publiceren. Momenteel schiet daar niets van over.

Toegegeven, stromingen bestuderen levert daarom geen stemmen op voor de tegenpolen, maar argumenten aanbrengen en punten analyseren is nuttig om tegenstanders te helpen het discours en de valse feiten te ontmaskeren of nuanceren: de 500.000 vreemdelingen die het VB ziet tijdens de laatste legislatuur, daar moet men alle EU-ambtenaren en mensen uit de buurlanden in meerekenen bijvoorbeeld. Als de traditionele pers dit soort van zaken niet naar voor brengt, dan moeten we het zelf doen toch? Wel, waar blijft die 50.000 € per jaar die nodig zijn voor een bescheiden gemeenschappelijke studiedienst rond radicaal rechts? In 2018 waren de linkse partijen samen goed voor ongeveer 10 miljoen €. Kan zo een bedragje daar niet van af?

Als linkse partijen hun banden met de basisbewegingen herstellen, leren van onderuit denken en kunnen samenwerken in pluralistische initiatieven die de wortels van extreemrechts stemgedrag aanpakken, dan is er hoop.

Filip De Bodt

4 antwoorden
  1. David
    David zegt:

    Goede analyse. Terechte punten. Maar de houding van zowel linkse partijen als bewegingen ten aanzien van de EU en de mate waarin dit hun positie verzwakt blijft volgens mij onderbelicht. Vanuit een mis begrepen internationalisme blijft links zeer terughoudend in het bekritiseren en bestrijden van het Europees beleid en haar instellingen. Het feit dat nationalistisch rechts zich deze strijd de laatste jaren heeft toegeëigend zorgt voor een terughoudendheid bij links om zich kritisch op te stellen tav technocratisch europeanististisch rechts en haar instellingen. Terwijl een sociaal of progressief beleid gewoonweg onmogelijk is binnen de begrotingsverdragen met hun obsessie voor budgettaire evenwichten, die voor een ongezien besparingsbeleid en sociale afbraak zorgen. Nochtans is de kritiek van extreem rechts op de EU in veel gevallen lauter retorisch, want ondanks haar deelname aan regeringen zoals in Italië slaagt de Commissie er via haar relais in de deep state in haar dictaten verder op te leggen zonder veel weerwerk van extreemrechts. Hier ligt dus een weg open voor links, op voorwaarde dat het consequent is in het bestrijden van rechts, of het nu nationalistisch of europeanistisch rechts is.

    Beantwoorden
  2. David Baele
    David Baele zegt:

    Goede analyse. Terechte punten. Maar de houding van zowel linkse partijen als bewegingen ten aanzien van de EU en de mate waarin dit hun positie verzwakt blijft volgens mij onderbelicht. Vanuit een mis begrepen internationalisme blijft links zeer terughoudend in het bekritiseren en bestrijden van het Europees beleid en haar instellingen. Het feit dat nationalistisch rechts zich deze strijd de laatste jaren heeft toegeëigend zorgt voor een terughoudendheid bij links om zich kritisch op te stellen tav technocratisch europeanististisch rechts en haar instellingen. Terwijl een sociaal of progressief beleid gewoonweg onmogelijk is binnen de begrotingsverdragen met hun obsessie voor budgettaire evenwichten, die voor een ongezien besparingsbeleid en sociale afbraak zorgen. Nochtans is de kritiek van extreem rechts op de EU in veel gevallen lauter retorisch, want ondanks haar deelname aan regeringen zoals in Italië slaagt de Commissie er via haar relais in de deep state in haar dictaten verder op te leggen zonder veel weerwerk van extreemrechts. Hier ligt dus een weg open voor links, op voorwaarde dat het consequent is in het bestrijden van rechts, of het nu nationalistisch of europeanistisch rechts is.

    Beantwoorden
  3. Geert
    Geert zegt:

    BIj Pers en Media moet je naast de campagnes ook niet de “gratis reclame” die de pers extreem-rechts zelf geeft niet onderschatten. Het is uitgerekend De Morgen die Dries Van Langenhove lanceerde. En het gaat er niet op verbeteren. Met de verkiezingsuitslag valt het te vrezen dat de concurrentieslag in de media op rechts pas echt begint. Wie kan het meest die 40% Vlaams-nationalistische kiezers bekoren en daar kijkers of lezers afsnoepen van de andere krantengroep? Over de progressieve lezers hoeven ze zich geen zorgen te maken, die kunnen toch al nergens anders naar toe. Die krijgen zelfs in de krant die ooit een geweten schopte dagelijks een zelfverklaarde linkse filosoof of socioloog die de achterlijke progressieven leert dat ze het altijd al verkeerd voor hadden en het tijd is om aan de 20ste eeuw te beginnen.

    Beantwoorden
  4. luc
    luc zegt:

    Zeer interessant artikel. Een op zijn minst eerste aanzet tot wederopstanding van links.
    Sommige dingen zoals de ontslagvergoedingen van parlementairen vervangen door werkloosheidsuitkeringen komen er echter nooit door (enkel PVDA is daar rechtlijnig in).
    Studiedienst is zeker noodzakelijk, al is het maar om te weten met welke politieke tegenstanders links te maken heeft (of dat onmiddellijk stemmen oplevert is een andere zaak: Hugo Ghijsels heeft indertijd een aantal verhelderende veelgelezen boeken geschreven over het Blok maar dat haalde ook in die tijd verkiezingsoverwinning na verkiezingsoverwinning.
    Probleem is mi dat binnen sommige linkse partijen een beperkt aantal mensen de lijn bepalen (dikwijls voor niet partijleden vrij onzichtbare figuren). Op een autocratische manier leggen ze afdelingen op wie op lijsten komt tegen de wil van de basis. Als de verkiezingen dan rampzalig verlopen worden deze niet ter verantwoording geroepen, au contraire, hun invloed vergroot nog.
    Nochtans kan de sociaaldemocratie het ook goed doen. Zottegem is zo een onoverwinnelijk dorpje waar de legioenen van De Wever toch minder vat op hebben. Misschien moet men De Loor eens naar het recept van hun potion magique vragen?
    Tijden veranderen natuurlijk. Ik vraag me af of een volkse linkse politicus uit het verleden, zoals Jacques Timmermans (die zeer dicht bij de mensen stond in de traditie van Bert Vanhoorick ) in staat zou geweest zijn De Ninoofse bruine golf tegen te houden?
    Tijden zijn veranderd. Sociale media bepalen nu winnen en verliezen.
    De partijen moeten veranderen. Sterft oude vormen en gedachten zouden echte linksen zeggen.

    Beantwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Laat een antwoord achter aan Geert Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.