We hebben iets te vieren. ’t Uilekot bestaat in het jaar 2024 50 jaar én de komende 2 jaar komen we naar buiten met het leesbevorderingsproject Goed Geboekt. We gaan zoveel mogelijk bewoners uit de Denderstreek samenbrengen tijdens filmvoorstellingen, infoavonden, concerten, voorlezen, samen-lezen en maatschappelijke discussie; het kan allemaal zolang er een (on)rechtstreekse link is met lezen. 

Tijdens het eerste jaar zijn we actief in Erpe-Mere, Haaltert, Herzele en Zottegem. Het tweede jaar worden daar Aalst, Denderleeuw, Geraardsbergen en Ninove aan toegevoegd. Om dit te doen slagen zijn we op zoek naar extra partners die mee aan de boekenkar kunnen trekken. Heb je interesse als samenwerkende vereniging of vrijwilliger? Wij zorgen alvast mee voor de promo en praktische ondersteuning.

Doe je mee of heb je een voorstel van activiteit? Neem snel contact op via ons contactformulier of kom eens langs tijdens de openingsuren van ons boekencafé (woensdag 9u-13u, vrijdag vanaf 20u, zaterdag vanaf 20u, zondag 19u-21u).

Onze vzw is dringend op zoek naar een jobstudent met verantwoordelijkheidsgevoel en horeca-ervaring (of die minstens eind juni of zo snel mogelijk al kan proefdraaien).

Werk:

18 a 19u / week

opdienen, barwerk, frigo’s vullen, drank bestellen, vrijwilligers contacteren, facebookposts (enkel in juli), kuisen, leeggoed sorteren, hulp bij logistiek (ontvangst muzikanten, hulp bij de techniek indien nodig)

Werkuren: woensdag 10u – 14u en 14u30 – 16u, vrijdag 15u30 – 18u en 18u30 – 20u30, zondag 15u30 – 18u30 en 19u – 23u (uren onderling af te spreken, maar de minimumuren zijn die van de openingsuren van het café).

Voorwaarden:

  • minimum 18 jaar
  • verantwoordelijkheidsgevoel (bvb. tijdig openen en sluiten)
  • groepsbeest, maar ook zelfstandig kunnen werken en plannen: kunnen samenwerken met een diverse groep van vrijwilligers (die mogelijks meer ervaring hebben dan jou)
  • Vrij zijn de eerste en laatste week van juli (samen met ervaren vrijwilligers) en laatste 2 weken van augustus (met vrijwilligers en een andere jobstudent) kan komen werken in ons café en op terras. Juli en augustus kan door 2 verschillende studenten gedaan worden, maar onze voorkeur (opbouw ervaring en tijdsinvestering) gaat naar 1 persoon. Ben je of ken je iemand die van aanpakken weet?
  • Verloning als bediende, jobstudent, PC 329.01, +- 18u/week (woensdag, vrijdag en zondag). Info of interesse? Mail jouw motivatie en cv naar uilekot@skynet.be met als mededeling ‘vacature’ of stuur een fb-bericht naar onze pagina.

Op vrijdag 7 juli 2023 is er de jaarlijkse avondmarkt in centrum Herzele. ’t Uilekot organiseert dan aansluitend met haar buitenterrein een ‘alternatieve’ markt. Wie interesse heeft om standhouder te zijn kan dit gratis doen, maar je dient zelf tafel, stoel, … en overdekking bij regenweer te voorzien. Geïnteresseerden kunnen zich inschrijven bij Sarah via www.uilekot.org/contact De enige voorwaarde is dat jouw producten of dienstverlening een meerwaarde heeft: biologisch, ecologisch, fairtrade, lokaal, homemade, tweedehands, ontwikkelingssamenwerking, vierdepijler, vzw met sociale doelstelling,… De plaatsen zijn beperkt. ’t Uilekot staat in voor de verkoop van eten en drinken. De verkoop van gesloten verpakkingen kan wel.

Opzetten kan vanaf 16, de markt gaat net zoals de traditionele avondmarkt van start om 17u tot 20u.

Aansluitend is er om 20u op ons terrein een voorstelling door Trumpbeat: minimal-techhouse-deephouse met live trompet.

vzw De Bolster zet vanaf november 2021 hun horecaproject het komende half jaar verder binnen de werking van vzw ’t Uilekot.  

De Bolster is een voorziening die volwassenen met een verstandelijke beperking of met een niet-aangeboren hersenletsel ondersteunt in hun levensverhaal. Door hun missie in de praktijk toe te passen zijn ze in het voorjaar gekomen tot hun horecaproject. In eerste instantie werkten ze voorbije zomer op het terras van de Boembekemolen. Tijdens de winterperiode houden ze het lokaler en gaan er vanaf woensdag 3 november drie cliënten het cultuur- en boekencafé van ’t Uilekot op woensdagnamiddag openhouden. Samen met begeleider Joachim zullen Machteld, Kjell en Halil wekelijks van 13u tot 17u koude en warme dranken serveren aan onze cafébezoekers.

Met ’t Uilekot organiseren we culturele activiteiten en maatschappelijk debat en baten we als trefpunt een cultuurcafé (met terras) uit. Onze werking is mogelijk dankzij vrijwilligers die zich sporadisch, wekelijks of maandelijks engageren. Als vrijwilliger leer je niet alleen jouw grenzen en talenten kennen, maar maak je ook kennis met nieuwe mensen en draag je een stukje bij tot een warme(re) samenleving. Na een succesvolle terraswerking besloten we eind september om ons café op zondag ook tijdens de wintermaanden open te houden van 16u tot 20u. Je kan er dan een drankje bestellen, maar ook een kleine warme hap zal mogelijk zijn. Weet je graag wat we in huis zullen hebben? Check hiervoor dan regelmatig onze facebookpagina.

In diezelfde periode kregen we van Huis Herzele de vraag of zij hun horecaproject het komende half jaar bij ons konden verder zetten. De cliënten van Huis Herzele komen hier regelmatig iets drinken, waardoor de omgeving hen alvast niet vreemd is. Door de begeleiding, maar ook de ervaring die de cliënten hebben opgedaan in de Boembekemolen te Brakel hebben we er het volste vertrouwen in dat dit horecaproject zal slagen. Hierdoor zal het komende half jaar ons café vanaf 3 november op woensdag doorlopend open zijn van 9u tot 17u.

Onze openingsuren van het café zijn vanaf dan Woensdag 9u – 17u, Vrijdag vanaf 18u, Zaterdag vanaf 20u en Zondag 16u – 20u.

Sarah Hutse

Al meer dan een half decennium zoekt het socialisme naar een nieuwe adem. Electoraal gaat het bergaf. De Vlaamse socialisten verloren in vijftig jaar tijd ongeveer een derde van de stemmen. Elders in Europa gaat het in dezelfde richting: de Franse PS hield bij parlementsverkiezingen in 2017 nog 6% van de stemmen over. Groenen blijven rond de 10% hangen. Radicale varianten zoals de PVDA groeien maar compenseren de verloren gegane stemmen niet. Het ontbreekt velen aan een duidelijk wervend verhaal. Naamsveranderingen alleen zullen deze lacune niet oplossen.

Uiteraard is kritiek op de externe omstandigheden die dit veroorzaken dikwijls terecht: media gaan niet meer in op verhalen, partijen zijn dure kiesorganisaties geworden, het middenveld speelt teveel in het midden, een groot deel van de linkse kiezers heeft het ‘te goed’… we kennen de boutades. Toch vertrek ik graag van het idee dat het altijd beter is de fouten van mislukkingen te zoeken in het eigen nest in plaats van bij de tegenstander of de ‘algemene maatschappelijke omstandigheden’.

Historisch materialisme.

De filosoof Karl Marx maakte 150 jaar geleden een knappe analyse van het toenmalige kapitalisme. Zijn toekomstvoorspellingen waren evenwel redelijk deterministisch: het kon bijna niet anders of de strijd voor meer gelijkheid zou gewonnen worden, afhankelijk van de economische omstandigheden. Eerst moest er kapitalisme en genoeg rijkdom komen om die dan te kunnen verdelen. De economie bepaalde alles en de revolutie deed dan de rest.

Dat historisch materialisme werd door velen later nog wat verengd, net zoals de ‘dictatuur van het proletariaat’. Voor Marx was dat een middel om de maatschappij te democratiseren: de meerderheid ging het eindelijk te zeggen hebben over de minderheid. Dat laatste werd door velen vergeten: het ging niet meer om de meerderheid maar om de ‘dictatuur’ van de eigen partij of beweging.

Kritische marxisten zoals Gramsci vonden dat er meer was dan de economie als fundament van alles en pleitten ervoor om een eigen cultureel ethisch alternatief op te zetten. Cultuur kan de actie voor meer democratie en gelijkheid kracht bijzetten en gedeeltelijk bepalen. Het is een manier om mensen te verenigen, snapte vzw ’t Uilekot al vroeg in de jaren zeventig van de vorige eeuw.

Voor beide keuzes is wat te zeggen en vooral een gezonde mengeling van beiden kan de maatschappelijke actie vooruit stuwen.

In veel sociaal-democratische middens raakte men er evenwel nooit uit. In zijn boek ‘Duits socialisme. Het falen van de sociaal-democratie en de triomf van het nationaal-socialisme’ beschrijft de Nederlands socioloog J.A.A. Van Doorn de voortdurende strijd bij de Duitse sociaal-democraten tussen deze twee tendenzen: “De Duitse sociaal-democratie hield weliswaar dogmatisch vast aan een revolutionaire retoriek en beleed formeel het geloof in een marxistische orthodoxie maar zij kende telkens weer rebellerende groepen intellectuelen die het materialisme verwierpen en kozen voor mentaliteitsverandering door middel van culturele vernieuwing.” Daarmee zegt de auteur niet dat men moet vasthangen aan het materialisme. In zijn boek legt hij uit dat de strijd voor economische bevrijding moet samengaan met culturele vernieuwing. Als beide niet samengaan, kopiëren anderen dit model: “Bij zijn aantreden als chef van het DAF (Deutsche Arbeitsfront – de door de nazi’s opgerichte eenheidsvakbond) hoefde Robert Ley geen verrassingen of buitenissige dingen te doen. De culturele bemoeienissen van de SPD (Socialistische Partei Deutschland) werden door hem als het ware uitvergroot tot een alles omvattend project“. Lees: blijf bij je roots maar doe aan cultuur. Verder opschuiven kan ook nog: “Wat Ley vooral zal hebben aangesproken was de conclusie van Hendrik De Man (minister voor de Belgische Werklieden Partij voor de tweede wereldoorlog) dat het maatschappelijk minderwaardigheidsbewustzijn van de arbeiders niet direct voortvloeit uit de kapitalistische productiewijze maar langs de weg van een doelgericht beleid kan worden bestreden.” De Man liet dus het idee los dat het kapitalisme op zich mensen in de miserie duwt en denkt daar binnen dit systeem wat te kunnen aan doen. Later belandt De Man zelfs in de intellectuele collaboratie.

Vandaag.

Wat heeft dat nu met de dag van vandaag te maken?” denkt de lezer allicht. Wel, ik denk dat dat loslaten van verhalen om zich stilaan in te kapselen in het bestaande systeem niet alleen net voor de Tweede Wereldoorlog tot bizarre evoluties geleid heeft, maar dat dat ook vandaag zo is. Extreem-rechts heeft de harten van heel wat links stemmende arbeiders veroverd. Ze stemmen dus eigenlijk tegen hun eigen belang omdat het verhaal van de andere meer aanslaat. Ook voor hen gaat de bedreiging van hun positie door internationale concurrentie en globalisering (lees ‘door migratie’) hand in hand met de verwaarlozing van de opbouw van een sociaal netwerk binnen links. De huidige linkse partijen laten als het ware niet alleen het economisch verhaal los maar ook de culturele opbouw (Volkshuizen, activiteiten, kranten…). Of ze worden er toe gedwongen.

Dit gaat samen met een voortschrijdende individualisering die zich ook op niveau van de partijen manifesteert: méér en méér zijn het individuen die het daar voor het zeggen hebben, kleine topgroepjes. Gesmeerd door een niet aflatende stroom centen is het militantisme iets geworden voor gutmenschen, hobby-isten of overjaarse hardies. Kandidaten voor verkiezingen worden desnoods gekocht of gezocht binnen het familie-imperium.

Ook vandaag blijft een stevig verhaal en culturele inbedding daarvan een must in plaats van wat window-dressing. En dat verhaal rammelt ter linkerzijde: SP.a wordt Vooruit maar het blijft zoeken naar een degelijke inhoudelijke invulling. Conner Rousseau lijkt er een sport van te maken om via wat uitschuivers een zo groot mogelijk deel van de kiezers aan zich te binden. Dat is een fundamenteel verkeerde tactiek: gelijk welke partij houdt beter rekening met zijn eigen achterban en kiezers in plaats van zich onder het mom van het algemeen belang te richten naar zowat alle meningen van het politieke spectrum. Binnen Groen warrelen tegenstanders en voorstanders van deze extreem-vrije markteconomie door mekaar. Het deel uitmaken van een meerderheid lijkt er soms belangrijker dan het realiseren van het eigen programma. De PVDA heeft een sterk verhaal en is als niemand anders bezig met het creëren van een sociaal netwerk, maar het ecologische aspect en de banden met de actiegroepen ontbreken er in. Het blijft dan ook wachten op wat het alternatief van Peter Mertens en de zijnen is. De partij is spijtig genoeg iets teveel gericht op zichzelf als oplossing voor links, in plaats van op het geheel en stoelt naar mijn gevoel zijn promotie soms wat teveel op het algemeen anti-politieke algemeen discours. Zoiets kan op termijn op je kop vallen.

Schrik niet, lezers, ik ben het! Kritiek betekent geen afkeuring of verwerping. Bovendien verdienen al die mensen binnen partijen die zich dag aan dag inzetten voor hun waarden nog altijd een pluim, een medaille en een standbeeld. Dat laatste is evenwel geen garantie op succes. Ze komen en gaan, die standbeelden.

Langs de andere kant van het spectrum lijkt het Vlaams Belang een bijna op Gramsci geïnspireerde partij die handig zijn verhaal koppelt aan de meest walgelijke en op niks gebaseerde propaganda. Klimaatverandering, ongelijkheid… het bestaat allemaal niet. Wel nemen de extreem-rechtse partijen in West-Europa steeds meer arbeiderseisen over in één of andere vorm. Liefst dan die eisen toch waarvan men ziet dat ze goed scoren in de populariteitstesten en die geen fundamentele wijzigingen betekenen voor het bestaande systeem. Het VB profileert zich dan wel als anti-systeempartij maar is het eigenlijk niet. Zo sprak ze zich ook uit tegen de eis van de vakbonden voor doorbreken van de loonnorm. Die eis is de laatste tijd ook niet zo populair. Men vergeet soms dat hogere lonen een mogelijkheid zijn om de scheve arm/rijk-verhoudingen wat rechter te trekken. Men gaat voorbij aan de verarming, die ook voor vele arbeiders de laatste tijd almaar scherper wordt.

Uiteraard zou ik liever zien dat vakbonden (en tenminste die waar ik zelf overtuigd lid van ben, het ABVV) de wereld wat meer centraal zetten door ook op te komen voor arbeidsduurvermindering en door de klimaatproblemen wat centraler te zetten in het eigen discours. Ook hier is het tijd, denk ik, voor een algemeen breed inclusief verhaal.

De geschiedenis herhaalt zich niet

Dat verhaal vind ik ook net iets te weinig terug in het boek ‘Extreemrechts, de geschiedenis herhaalt zich niet’ van Vincent Scheltiens en Bruno Verlaeckt. Een verdomd goed boek dat een boeiende kijk geeft op de extreemrechtse trukendoos, met als extra verdienste dat de auteurs op het einde een aantal strategische keuzes voor de benadering van extreemrechts geven: moet je ze onderzoeken? Ook een scheut populisme toevoegen aan het verhaal? Meer inzetten op anti-racisme? De conclusie: je moet alles tegelijkertijd doen en vooral inzetten op méér democratie.

Dat brengt mij naadloos bij een ander boekje ‘Hedendaagse Anti-Verlichting’ van Ico Maly. Maly analyseert het discours van radicaal rechts en illustreert ten overvloede dat dit denken (en bij uitbreiding dat van rechts in het algemeen) niets te maken heeft met de verlichting die zij voortdurend menen te gebruiken in hun discours. De Wever baseert zich in zijn teksten op de waarden van de Verlichting om op te komen voor een eigenaardige en vage set van ‘Vlaamse waarden’ waarbij holebi’s, vrouwen en andere groepen een ‘evenwaardige’ rol in de maatschappij toebedeeld krijgen. In de praktijk vertoont het discours anti-demoratische trekjes naar minderheidsgroepen toe en baseert het zich totaal niet op mensenrechten, die andere pijler van de verlichting.

Voor Maly moet er een globaal toekomstproject komen op basis van mensenrechten en verdieping van het democratisch gehalte van onze samenleving. Een terechte reflex en een basis voor een betere linkse beweging. Dat betekent immers dat niet alleen ‘witte’ mensen rechten hebben, dat vluchtelingen laten verdrinken een schande blijft en dat er eerlijke verdeling van de rijkdommen moet zijn. Dat klimaatoplossingen verre van een luxe zijn en dat we verdorie het recht en de plicht hebben om met ons beter loon aan een ecologischer en rechtvaardiger wereld te werken. En dat linkse politici met deze woorden in het achterhoofd in staat zijn om vijf minuten na te denken voor ze een one-liner lanceren.

Maly: “Fouten worden gemaakt maar de boodschap is duidelijk: vrijheid kan niet zonder gelijkheid. Democratie kan niet zonder een democratische mens. En die betere, mooie en rechtvaardiger wereld komt er niet zomaar. De opdracht is dan ook duidelijk: mensen aller landen, verenigt U. Organiseer en strijd. De toekomst is aan ons”.

Filip De Bodt

In 2005 viel het doek over een van de grootste milieuschandalen die de Vlaamse Ardennen ooit gekend hebben: de zavelputten van Marcel Fort in D’Hoppe gingen dicht en de uitbater werd verplicht om zijn stort te saneren. Temidden van een beschermde bossengordel werd jaren zavel ontgind en afval gestort. Na drie jaar harde strijd, rechtszaken, betogingen en een paar gewelddadige incidenten (de uitbater en zijn zoon gingen o.m. een VRT-ploeg te lijf met een hamer) haalde een coalitie van actievoerders en milieubewegingen zijn slag thuis. Vandaag duiken nieuwe plannen op om op de terreinen een groot toeristisch complex in te planten.

Jaren bleef het stil. Jaren bleef de onrust: het stortterrein werd immers ondanks talrijke processen niet gesaneerd. Er wordt wat gas afgevangen en stof weg geblazen, maar de tonnen giftig afval die volgens omwonenden onder grond zitten blijven waar ze zijn.

Wolvenpark.

Tot vorig jaar een nieuw plan uitlekte. Tony Fort wil de zavelgroeven ombouwen tot een soort van klein Pairi Daiza, met als eerste project het organiseren van wolventoerisme: in een zestal chalets zullen mensen kunnen komen overnachten met een aantal wolven opgesloten in kooien aan hun voeten. De inwoners van D’Hoppe keken even raar op, maar zagen er weinig graten in. Een paar wolfjes en een paar toeristen, tja, je moet al dierenrechtenverdediger zijn voor je je afvraagt of dat wel zinvol is.

Ondertussen ligt de aanvraag voor openbaar onderzoek ter inzage in het gemeentehuis van Flobecq. Die laat wel wat anders zien: Climaxi kon de hand leggen op een kaart waar duidelijk op staat dat dit project de eerste fase is van een groter plan waarbij temidden van de beschermde Natura 2000 zone in de streek en dierenpark ingeplant wordt met 22 chalets, waterpartijen, vogelweides, spelzones, een kiosk en parkeergelegenheid voor 410 wagens. In plaats van een duurzaam kleinschalig toeristisch initiatief wordt hier een megacomplex ingeplant. Het Brakelbos, Pottelbergbos en D’hoppebos zijn erkend als Europese Natura 2000 zone. De aanwezigheid van boshyacinten, salamanders en beschermde soorten als rivierdonderpad en beekprik waren destijds voldoende om Europa in gang te zetten tegen de verdere uitbating van het stort en de zavelputten. Op het plan wordt een mogelijke uitbreiding voorzien van 26 hectare die de toegankelijkheid van de bossen ongedaan maakt. Ook in het verleden dreigden de uitbaters met het afsluiten van dat deel van de bossengordel dat ze zelf in eigendom hebben.

Voor Climaxi en ’t Uikekot is het duidelijk dat D’Hoppe behoefte heeft aan een lokale toeristische ontwikkeling voor wandelaars, sporters en fietsers. Die mag evenwel de lokale draagkracht niet overstijgen. Een plan als dit maakt D’Hoppe kapot in plaats van het te ontwikkelen.

Filip De Bodt

Een bezwaarschrift kan je sturen voor 2 april naar info@flobecq.be

Hier vind je een voorbeeld: Bezwaarschrift%20toeristisch%20park%20D_0.docx

Avis d’opposition:avisd%27opposition.docx

Eco & Fair haalde wat nieuwe producten binnen voor de eindejaarsdagen. Een aantal andere zijn er terug. Wat dacht je van ongefilterde olijfolie, Sint-Jansolie, Grieks zout en kruidenolie? Hetzelfde als wij? Zomaar om jezelf te verwennen met al dit heerlijks of als cadeau voor vrienden of familie.

Het zijn moeilijke omstandigheden, die lockdown en de organisatie ervan. Bij Eco & Fair vind je dit jaar geen artisanaat of kledij. Die mogen we Corona-gewijs immers niet meer verkopen in de winkel zelf, of toch op zijn minst tot half december. De winkel is open, maar mag alleen essentiële goederen verkopen: voeding, zepen en onderhoudsproducten en…. boeken. Ander materiaal (zoals de draagzakken van Lesbos) kan je enkel nog online bestellen. We doen ons best om het assortiment dat we mogen verkopen nog aantrekkelijker te maken. Zo willen we een uitgebreide selectie aan vis (Noordzeevis, diepvries), oesters, mosselen en krab van Pintafish verkopen. Die zullen beschikbaar zijn op 18/11, 2/12 en 16/12. Bestellen kan tot de zaterdagavond ervoor, afhalen vanaf donderdag. Wie een overzicht wil van alle visproducten mailt naar filip@climaxi.be

We hebben nieuwe ongefilterde olijfolie van Modousa-boeren op Lesbos. Ongefilterde olijfolie bevat nog meer anti-oxidanten en omega 3-vetzuren dan andere. Doordat deze olie geen extra filtering heeft, zitten er nog restanten water en olijven in de olie, wat ze troebel maakt. Je moet ze wel binnen de zes maanden verbruiken en ze kost €8,30 voor een fles van een halve liter. Net zoals met Beaujolais nouveau heb je voor- en tegenstanders: de ene vindt ze intenser van smaak, de andere merkt weinig verschil. In elk geval is het een specialiteit die discussie uitlokt en er als cadeautje mag zijn. Zeker samen met het boek over Olijfolie van olijfoliesommelier Wilma Van Grinsven (€25). Natuurlijk zijn er ook nog de blikken bio-olijfolie van Modousa (48 € voor 5 liter) en de literflessen van Greenland (iets meer karakter) aan €9,50.

Greenland bracht haar olie van Kolovi-olijven in een feestjasje naar buiten. Wij verkopen van hen olijfolie met extra rozemarijn,  in een mooi flesje van 250 ml. (6,80 €).

Nog een tip: olijfolie moet drie verschillende smaken hebben: een vleug bitterheid, iets pikant en iets fruitig. Koop nooit olijfolie zonder ze te proeven én denk er aan dat merken als Bertolli al meermaals genoemd zijn in fraudezaken rond olijfolie, ondermeer voor het verhandelen van olie van mindere kwaliteit aan een duurdere prijs. Als je nog zo een oud tweetakt-scooter in huis hebt waar je benzine en olie moet voor vermengen, koop dan zeker Bertolli en andere merken. Als je olijfolie echt wil gebruiken om eten mee te bereiden, koop ze dan bij ons of proef zeker eerst eens.

Olijven

We hebben weer zwarte olijven van Modousa-boeren. De Damastes, gedroogde biologische zwarte olijven hebben het langst aan de boom mogen hangen. Het vruchtvlees is zacht en zoetig, een heerlijke olijf bij een aperitief, op een pizza of in een stoofpotje.

Modousa biedt nu ook groene olijven aan in eigen sap en verpakte ze in bokaaltjes in plaats van vacuümplastiek (€4,90 voor 220 gr.)

Naast zwarte olijven hebben we een nieuwigheid bij de groentjes: groene olijven met tijm en look. De kolovi olijven van Tepes, de familieboerderij van Panagiotis op Lesbos, worden op een oude traditionele manier eetbaar gemaakt: gedurende 9 maanden deze olijven  in vaten met water en zeezout bewaren. Dit fermentatieproces moet een goede opvolging krijgen. Op het einde gaan er tijm en look in. Wat je enkel hier en in bijzondere specialiteitenwinkels kunt vinden, zijn de gekraakte olijven. Gekraakte olijven krijgen eerst een slag van de hamer en gaan dan fermenteren in water en zeezout. Zo krijg je een frissere, iets zoutere en merkwaardige smaak. Echt iets voor bij je originele dis voor 1 of 2 of 3… Een fantastisch product dat je niet vindt in grootwarenhuizen. Dat vind je allemaal in het boekje over Olijfolie, dat we hierboven aanprijzen.

Sint-Jansolie.

Johannesolie krijg je door Sint-Janskruid in olijfolie te kieperen. Na een pacereerproces van een paar maanden krijg je een roodachtige olie. Die ondersteunt het herstellende vermogen van de huid en is goed bij de naverzorging van brand- en andere wonden. Fijn ook om mee te masseren. Johannesolie kan op elk type huid gebruikt worden.

Zeezout

Via Modousa kwamen we in contact met ‘Gull of Lesvos‘, een klein familiaal boerenbedrijf. Ze zetten zich mee in voor een humane opvang van vluchtelingen. Ze verkopen zelf gewonnen grof zeezout, heerlijk voor visgerechten of op slaatjes. (1kg aan €1,20). Zeezout is heel wat gezonder dan het gewone chemische zout omdat het vijf verschillende stoffen bevat. Chemisch zout bestaat enkel uit natriumchloride. Met Nezo en co krijg je dus wel de planten kapot op je trottoir (voor de schurken die in deze tijden van slinkende biodiversiteit liever tegels dan groen zien)… maar in je maaltijd zou ik het niet gooien.

Daarnaast maakten ze ook een zakje kruidenzout met gedroogde kruiden uit de bergen rondom de boerderij. (100gr)

Pikpa

Verder steunen we nog steeds onze vrienden van PIKPA-vluchtelingenkamp. Enkele weken geleden waren er felle branden in het klassieke massa-kamp Moria waardoor heel wat vluchtelingen geen onderdak meer hadden. PIKPA was een vluchtelingenkamp op Lesbos in oude schoolgebouwen. De overheid eiste de schoolgebouwen terug om er een gesloten vluchtelingenkamp van te maken. PIKPA werd dus opgedoekt, maar de organisatoren (Lesbos Solidarity) werken verder aan hun ateliers en opleidingen. Eco & Fair steunt hen door de verkoop van draagtassen zoals portemonneetjes, pennenzakken, schouder- en rugzakken. 

To shampoo or not to shampoo

En dan is er nog Vio-me, de stoere bonken die in hun bedrijf in Thessaloniki zepen en kuisproducten maken in hun coöperatieve. Ze joegen de baas weg, toen hij de fabriek wou sluiten en begonnen zelf te produceren. We verkopen van hen harde zeep, ontvetter, wasmiddel en afwasmiddel… en zijn heel fier om een nieuw product te kunnen aanbieden: vloeibare kruidenzepen met extracten van lavendel of netel/laurier. Dat laatste is fantastisch als shampoo, de eerste als wasmiddel of badschuim voor het aangezicht en het ganse lichaam. Ze zijn besteld en we geven een ferme gil als ze aankomen!

Alle producten zijn te bestellen via de webshop www.ecofair.be

‘We kunnen straten leggen met onderzoeken die aantonen hoe belangrijk kunst en cultuur zijn voor de sociale ontwikkeling van mensen en gemeenschappen. In essentie betekent cultuur iets voor de mens, die door dit be-tekenen zichzelf ontdekt en zich ontplooit in zijn context, de samenleving.’

In de gemeenten Oosterzele, Merel­beke, Destelbergen en Melle kondigden de vier burgemeesters het op Facebook aan. Ze waren erin geslaagd een gemeenschappelijk standpunt in te nemen: alle culturele evenementen, kermissen en culturele activiteiten zijn stopgezet van 1 augustus tot 30 september 2020. Dat klonk als volgt: ‘Met dank aan de korpsleiding voor de coördinatie, de collega-burgemeesters en alle schepencolleges van de vier gemeenten! Deze gemeenschappelijke visie biedt eenvormigheid in de zone. Je bent voor, of je bent tegen, maar tenminste duidelijk voor 68.000 inwoners (opgestoken duim).’

We zijn voor noch tegen, we kijken er vooral verbijsterd naar: komt cultuurbeleid voeren er vandaag op neer dat je zo weinig mogelijk risico’s neemt? Is het echt een pluim op de eigen hoed als je kortweg alles afschaft? Aan het reële coronarisico in deze gemeenten kan het niet gelegen hebben, veiligheid is niet de echte reden. Alles voor de duidelijkheid dan? Deze gemeenten zijn lang niet de enige. In meer dan negentig gemeenten in Vlaanderen werden alle culturele activiteiten stopgezet – van de plaatselijke kaartclub over een voorstelling van een amateurtheater tot alle voorstellingen in de culturele centra. Niets is nog mogelijk. Dit zijn bijna allemaal preventieve maatregelen, niet ingegeven door een aangetoonde verhoogde besmettingsgraad. In de voorbeelden die we kennen, is er niet overlegd met de sociale en culturele spelers. De beleidsmakers meenden dus ernstig – en dat zeggen we zonder ironie – dat ze hiermee goede beslissingen namen.

Leve het kleinschalige!

Tijdens de eerste coronagolf werd vaak benadrukt dat het lokale niveau weer belangrijker zou worden. Om toch nog te kunnen genieten van cultuur, zouden we voor een meer kleinschalige aanpak moeten kiezen, met minder risico op besmettingen. Veel culturele spelers kwamen met alternatieven op de proppen, zoals cultuur naar wijken of rusthuizen brengen. Nu meer en meer gemeenten ook deze kleinschalige culturele activiteiten zo goed als onmogelijk maken, zakt de moed in de schoenen. Onbegrip en kwaadheid maken dat de actiebereidheid met de dag toeneemt.De lokale realiteit van kleinere steden en gemeenten leent zich nochtans perfect tot coronaproof activiteiten. Er is geen grootschaligheid nodig, en ook geen massale geldstroom. Outdooractiviteiten, culturele activiteiten in sociale voorzieningen en scholen, kleinere bijeenkomsten met de nodige maatregelen … het is allemaal perfect mogelijk. Op voorwaarde dat lokale besturen bereid zijn om cultuur in hun gemeente mogelijk te blijven maken, want burgers en middenveld kunnen het niet alleen.

Het gaat in essentie over de waarde die we hechten aan cultuur in onze samenleving. Uit deze beslissingen leiden we af dat cultuur niet ‘essentieel’ wordt bevonden, want vonden we het belangrijk, we zouden het mogelijk maken. Het ‘recht op cultuur en maatschappelijke ontplooiing’ is een sociaal grondrecht, en dat betekent dat het niet individueel afdwingbaar is, maar dat de samenleving zich engageert om het mogelijk te maken, omdat ze érkent dat culturele activiteiten processen van betekenisgeving zijn, essentieel voor de maatschappelijke ontplooiing van mensen. We kunnen dit recht toch niet zomaar maandenlang tussen haakjes plaatsen? Denken we nu echt dat ons welzijn erin bestaat voldoende te eten, te winkelen, en eens een snoepreisje te maken met het vliegtuig?

Politieke moed

Alle culturele activiteiten afschaffen is niet enkel een economische en persoonlijke ramp voor kunstenaars en culturele professionals. Het is vooral een ontkenning van het sociale belang van cultuur voor de man in de straat. Een concert of een amateurtoneel gaat niet enkel over de muzikanten of de spelers op een podium, het gaat minstens evenveel over het publiek in de zaal.

We kunnen straten leggen met onderzoeken die aantonen hoe belangrijk kunst en cultuur zijn voor de sociale ontwikkeling van mensen en gemeenschappen. In essentie betekent cultuur iets voor de mens, die door dit be-tekenen zichzelf ontdekt en zich ontplooit in zijn context, de samenleving. En laat dit proces nu net, nu grootschalige evenementen nog onmogelijk zijn, op ideale maat gesneden zijn van kleinere steden en gemeenten. De Veiligheidsraad verruimde gisteren het kader voor de cultuursector. En hoewel proportionaliteit in het kader van zaalbezetting niet de algemene regel is, kunnen burgemeesters ­afwijkingen toestaan in overleg met de cultuurminister en op basis van de (goedgekeurde) sectorprotocollen. Anders gezegd, het lokale beleidsniveau speelt vandaag een cruciale rol.

We roepen de gemeentebesturen op om te stoppen met het opbod van het onmogelijke. Gebruik je politieke moed om verbeelding weer mogelijk te maken. Ga uit van het belang van culturele activiteiten voor je bevolking en werk in dialoog met de plaatselijke culturele, sociale en educatieve spelers aan een mooie herfst en winter. Covid-19 zal ons nog lang in de greep hebben, het is aan ons om er een leefbaar verhaal van te maken.

Filip Verneert, An De Bisschop en An Van Den Berg
Docent Kunstagogiek (School of Arts-Koninklijk Conservatorium Gent); Stafmedewerker kunst en cultuur (Demos vzw); Muzikant en doctoraatsonderzoeker (LUCA-KU Leuven).

Deze tekst wordt mee ondertekend door de Crisiscel Cultuur, het Live Sector Overleg en volgende ondertekenaars:.
Antwerps Kunstenoverleg, Maaike Afschrift (psychotherapeut) Luc Coene (voorzitter Strandpaal 28), Wim Claeys( muzikant), Katrien Daniels (Huis Alma), Ellen De Boeck (directeur De Federatie sociaal-cultureel werk en amateurkunsten), Filip De Bodt (medewerker vzw ’t Uilekot en vzw Climaxi), Johan De Boose (auteur), Veerle De Schrijver (docent sociaal werk Arteveldehogeschool), Hans De Witte (directeur KleinVerhaal), Lebuin D’Haese (beeldend kunstenaar bij sociaal-artistiek atelier deRuimte), Frank Dierens (acteur en theatermaker), Jeroen Keymeulen (directeur Koor&Stem), An Leenders (directeur Creatief schrijven), Jan Matthys (directeur Vlamo), Wim Oris (Leuvens Kunstenoverleg), Joke Quaghebeur (directeur Opendoek), Siebren Nachtergaele (wetenschappelijk medewerker & lector cultuurbeleid HOGENT), Nele Roels (Kortrijks Kunstenoverleg), Bart Rogé (directeur Demos vzw), Rudi Roose (docent sociaal werk Universiteit Gent), Sarah Scheepers (coördinator ella vzw), Wietse Van Daele (medewerker Graffiti vzw), Steven Vanderaspoilden (directeur Muziekmozaïek), Els Vaneffelterre (directeur JES vzw), Evelyne Van Hecke ( coördinator Moving Ground), Eline Van Hoye (directeur Fameus), Adinda Van Geystelen (Limburgs Kunstenoverleg), Freddy Van Vlaenderen (voorzitter Breedbeeld), Gregory Vercauteren (adviseur lokaal & regionaal erfgoedbeleid, FARO) Griet Verschelden, (docent sociaal werk HOGENT), Luk Verschueren (voorzitter Victoria Deluxe), Raf Walschaerts ( muzikant Kommil Foo), Marec Zeghers (House of Time).

https://www.so-lva.be/autodelen

Solva ging in het voorjaar van 2020 van start met een proefproject ‘regionaal autodelen’ in Zuid-Oost-Vlaanderen.

Dat je geen communist moet zijn om private eigendom te vervangen door gemeenschappelijk bezit, bewijst de exponentiële groei van autodelen in de voorbije 20 jaar. Autodelen heeft dan ook vele voordelen. De kleine gebruiker van een wagen kan de hoge kosten van de aanschaf van een wagen vermijden. Een autodeler springt ook bewuster om met het gebruik van de wagen en reserveert geen wagen voor een ritje naar de bakker. Een deelauto vervangt gemakkelijk drie à vier wagens met als resultaat: minder verkeersdoden, minder vervuiling, minder lawaai en meer ruimte… Goed dus dat Solva in het kader van haar klimaatbeleid op de kar van autodelen springt, maar ik heb toch twee bedenkingen bij de uitwerking van wat zij ‘regionaal autodelen’ noemt.

Onvoldoende inkadering in een groter geheel

Intercommunales Solva en DDS sloten op basis van een openbare aanbesteding een raamovereenkomst met de garage Valckeniers uit Aalst om het elektrisch autodelen in onze streek te lanceren. Zo’n aanbesteding gebeurt op basis van objectieve criteria, en je verwacht dat deze criteria gekaderd worden in een bredere vervoersvisie. Zou Valckeniers als beste uit de bus komen als de combinatie ‘openbaar vervoer – autodelen’ centraal gesteld wordt in de criteria? Ik vrees van niet. Het Solva-project ontvangt Vlaamse klimaatsubsidies, maar beperkt zijn scope al te zeer tot de eigen regio.

Waarom sluit Solva niet aan bij het bestaande deelwagensysteem Cambio dat in gans Vlaanderen een geïntegreerde aanpak met het openbaar vervoer uitgebouwd heeft? De Herzelenaar die aangesloten is bij Cambio en bijvoorbeeld op bezoek gaat bij familie in Heuvelland, neemt de trein tot Ieper en rijdt vervolgens een tiental kilometer met de Cambio-wagen. Wie dat met een Valckeniers-deelwagen vanuit Herzele zal doen, rijdt meer dan honderd kilometer met de wagen. Erg ecologisch kan je dit niet noemen. Moet de Herzelenaar zonder eigen wagen in de toekomst aan twee systemen van deelwagen deelnemen om zich buiten Zuid-Oost-Vlaanderen ecologisch te verplaatsen? Zoiets is toch niet wenselijk. En hoe zit het omgekeerd met iemand uit Brussel die op bezoek komt bij familie in Sint-Antelinks?

In het netwerk van deelwagens van Cambio is Z.O.-Vlaanderen tot op heden een blinde vlek (https://www.cambio.be/nl-vla/in-je-buurt) en de huidige aanpak van Solva zal dit slechts versterken. Moet de Brusselaar zich in de toekomst bij Valckeniers inschrijven voor dat ene bezoek? Dat is toch geen goede zaak. Of nog erger, zal Solva – zoals sommige bestaande initiatieven elders in Vlaanderen – ‘het eigen volk eerst’ autodeel-principe hanteren en mensen van buiten de eigen regio uitsluiten van de Valckenier-wagens? Op de website van Solva staat dat de intercommunale werkt aan een “aanbod van vervoer op maat dat een aanvulling zal vormen op het toekomstig trein- en busnetwerk“. Bedoelt Solva dat men voor de streekgenoten een deelwagen van Valckeniers aan de treinstations van Z.O.-Vlaanderen zal plaatsen, of mogen wij toch op meer hopen? Ik vrees dat het project de uitbouw van een geïntegreerd vervoersaanbod dat de regio Z.O.-Vlaanderen overstijgt, in de weg staat en dit eerder zal dwarsbomen dan ondersteunen.    

Solva zal elektrisch rijden, wat een goede zaak is, maar de volgende vraag is dan of dit elektrisch rijden met groene stroom zal gebeuren. Dat Valckeniers-deelauto’s niet gaan rondrijden met een sticker ‘Atomkraft, nein danke’, dat begrijp ik, maar groene stroom, dat mag je toch wel verwachten bij een deelwagen.  

De korting voor de ambassadeurs

Op de website van Herzele staat dat de gemeente ambassadeurs zocht voor de deelwagens van Solva. De ambassadeur van het gedeeld autorijden zal zijn ervaring delen en in ruil een korting van €100 op de factuur ontvangen als hij aan een aantal voorwaarden voldoet. Een van de voorwaarden is ‘’1 maand (zoveel mogelijk) de eigen wagen aan de kant laten staan”. Betekent dit dat iemand die uit ecologische overwegingen of omwille van onvoldoende poen nooit een eigen wagen heeft gehad, niet in aanmerking komt voor de premie? En wordt een grootverdiener die jarenlang genoot van een vervuilende grote BMW-bedrijfswagen waarop quasi geen belastingen of socialezekerheidsbijdragen betaald werden, beloond met €100 korting op de deelauto? 

Het lijkt erop dat Solva dezelfde weg opgaat als de cash-for-cars regeling die Minister De Block vorig jaar invoerde om de druk van het wagenverkeer op onze wegen te verminderden. Een werknemer kon zijn bedrijfswagen inruilen voor een mobiliteitsvergoeding van de werkgever waarop hij quasi geen belastingen of socialezekerheidsbijdragen moest betalen. De vakbonden, vzw Climaxi,… legden hiertegen klacht neer bij het Grondwettelijk Hof dat op 23 januari 2020 de cash-for-cars regeling ongrondwettelijk verklaarde omdat 1) de overheid niet kon controleren dat de mobiliteitsvergoeding gebruikt werd voor ecologische doeleinden; 2) de mobiliteitsvergoeding discriminerend was voor de werknemers die nooit een bedrijfswagen gehad hebben en op hun loon de volledige belastingen en socialezekerheidsbijdragen moeten betalen.

Kan je bij de korting voor de ambassadeurs ook niet spreken van een discriminatie ten aanzien van wie nooit een eigen wagen heeft gehad? En kan Solva wel controleren dat de eigen wagen ‘zoveel mogelijk’ aan de kant blijft staan? Elke Belg moet het gelijkheidsbeginsel respecteren en dat geldt des te meer voor een overheidsinstelling die voorwaarden koppelt aan een voordeel (zoals de korting voor de ambassadeurs). Er is vanuit het doel van de maatregel volgens mij geen enkel objectief criterium dat een verschil in behandeling tussen ‘wie zijn wagen laat staan’ en ‘wie nooit een wagen heeft gehad’ rechtvaardigt.  

De manier waarop Solva het autodelen in Z.O.-Vlaanderen organiseert, zal het beeld bevestigen dat de groene thema’s elitair zijn. Een maatregel die zijn scope al te zeer beperkt tot elektrische wagens in de eigen regio, en onvoldoende uitgaat van het openbaar vervoer waarop het autodelen aansluit, zal mensen die worstelen om te overleven en die zich nooit een wagen hebben kunnen permitteren, verder vervreemden van de noodzakelijke omslag om ons klimaat te redden. Een gemiste kans heet zoiets.

Lieven Plouvier

We leven in bizarre tijden. De (terechte) maatregelen omtrent het Coronavirus legt onze werking lam, met minder inkomsten als gevolg. Onze maatschappij gaat naar de knoppen door het autoritair gedrag. Regeringen prediken canons en leggen vooral de zachte sectoren inleveringen op. De opbrengst ervan gaat naar bedrijven, prestigeprojecten en zaken waar de bevolking weinig aan heeft. Het klimaat gaat naar de haaien en we werken ons ziek of zot.

We zitten allemaal in hetzelfde schuitje zegt men wel eens, maar men vergeet dat de ene met een luxe-cruiseschip vaart en de andere met een vlot. Rechts is een kleine hype geworden, maar zal zich ooit wel eens verbranden.

Ondertussen blijft ’t Uilekot de warme rots en toevlucht in de branding. Onze structurele subsidies zijn we al jaren kwijt. Wonder boven wonder (of liever: door veel inzet, steun en geploeter) overleven we en blijven we een thuis bieden aan kritische debatten, concerten, boekenactiviteiten… en fijne mensen achter en voor onze toog in het café en de winkel Eco & Fair.

Om dat vol te houden hebben we jouw steun nodig: die kan je geven door lid te worden of te blijven van onze vzw, door aandeelhouder te worden van de coöperatieve winkel Eco & Fair, een gift te doen, een vaste taak op te nemen als vrijwilliger of af en toe eens twee uur te komen helpen als vrijwilliger.

Jij en wij, we zijn meer dan ooit nodig!

Lid worden of blijven kan door over te schrijven op ons rekeningnummer BE63 8919 1400 1708. Het lidgeld voor een jaar bedraagt €15 sociaal tarief (student, gepensioneerde, werkloze,…), €25 standaardtarief (per persoon), €50 familielidmaatschap of €50 en meer als steunlidmaatschap. Mocht je een vrije gift op overschot hebben, alle duwtjes in onze rug, groot of klein, zijn meer dan welkom op datzelfde rekeningnummer.

Wie dat wenst kan een aandeel kopen bij de coöperatieve winkel Eco & Fair. Aandelen van deze winkel met sociaal oogmerk bedraagt €100 voor 1 aandeel. Wens je er meer te kopen, dan kies je voor een veelvoud van dit bedrag. Alle info en je registreren gaat via www.ecofair.be/cooperant

Dankzij jouw steun kunnen we onze werking met kritische, maar sappige activiteiten verder zetten. We zijn dweis mor welgezinjd!